Eerder deze week kregen we een levering binnen waarnaar we halsstarrig zaten uit te kijken: Jubaea chilensis in verschillende maten en Dicksonia antarctica, eveneens van verschillende groottes. Hier bij Exotica zijn we onbeschaamde super-fans van allebei deze intrigerende planten, en hopelijk kunnen we jullie overtuigen om dat ook te zijn.
Dicksonia Antarctica
De Dicksonia Antarctica is afkomstig uit Australië en is beter bekend als de Boomvaren. De groene ‘varen’-bladeren groeien uit een harige boomstam. Deze stam is eigenlijk gevormd door afgestorven materie van een vroeger groeistadium en dient als “transport” voor de wortels van de plant. Het is namelijk zo dat de wortels van de boomvaren grotendeels bovengronds zitten, op de stam, en bij het water geven moet deze dus rijkelijk worden overgoten. In theorie kan de Dicksonia 15m hoog worden, maar een hoogte van 4 à 5m is het meest voorkomend.
De boomvaren kan vorst verdragen tot een graad of 8 onder het vriespunt, maar het blijft best om hem zo veel mogelijk te beschermen tegen de kou. De boomvaren kan in allerlei soorten grond groeien, loogachtig, met hoge zuurtegraad en alles daartussen, maar hij heeft een hekel aan droogte, dus zorg dat deze jongen geregeld een stevige douche krijgt! In de volle zon kan hij staan, mits veel vocht, maar de bladeren kunnen hierdoor een gelige kleur krijgen, of in het ergste geval beschadigd geraken door zonnebrand. In een schaduwrijke plek doet ie het beter en dan zullen de bladeren hun mooie volgroene kleur behouden.
En nog een laatste weetje: Aboriginals in Australië gebruiken de boomvaren ook als voedselbron, omwille van het hoge zetmeel-gehalte. Het merg van de plant kan rauw of gekookt worden gegeten.
Hopelijk hebben we toch een beetje jullie interesse gewekt voor de Dicksonia! Later op de week vertellen we jullie ook nog iets meer over de Jubaea chilensis.